Meetinstrumenten
Het monitoren van de sociale veiligheid
De wet ‘Veiligheid op school’ verplicht scholen in het primair en voortgezet onderwijs om te zorgen voor de sociale veiligheid van alle leerlingen. Het monitoren van de veiligheidsbeleving van leerlingen is daarbij belangrijk. Om dit te kunnen meten heeft Meidenvenijn is niet fijn! vijf meetinstrumenten ontwikkeld die het gevoel van sociale veiligheid onder leerlingen in kaart brengt. Op basis van de uitkomsten van deze metingen kan het gevoerde beleid rondom sociale veiligheid worden geëvalueerd en waar nodig bijgesteld.
Ter verduidelijking heeft het ministerie van OC&W een folder gemaakt met uitleg over monitoring: Zorgplicht sociale veiligheid op scholen. In deze folder staan de eisen die aan monitoring worden gesteld, hoe scholen kunnen kiezen voor een instrument en uitleg over het inspectietoezicht.
Meidenvenijn meetinstrumenten
Meidenvenijn is niet fijn! biedt een vijftal meetinstrumenten aan in de vorm van digitale vragenlijsten. De inlogcode voor een jaarlicentie van deze instrumenten (inclusief handleidingen) verkrijg je bij een eerste bestelling van het Basispakket Meidenvenijn of bij de aanvulset(s).
De vragen gaan onder meer over sociale veiligheid, pesten en pestrollen, welbevinden en de onderlinge (vriendschaps)relaties. Het is de bedoeling dat alle leerlingen uit de groep of klas de vragenlijsten invullen, dus niet alleen de meisjes! Een uitzondering hierop is het sociogram dat twee varianten kent: een voor alle leerlingen en een voor de meisjes apart.
De 5 meetinstrumenten kort op een rij:
Sociometrie
Door het toepassen van de sociometrie in je groep, verkrijg je inzicht in de groepsstructuur. Met behulp hiervan worden de sociale verhoudingen in de groep in kaart gebracht. Jouw leerlingen beantwoorden in totaal 6 vragen, waarbij zij per vraag maximaal drie medeleerlingen nomineren op wie de vraag het meest van toepassing is. Per categorie (sociaal, populariteit en samenwerking) wordt er een positief- en een negatief gerelateerde vraag gesteld aan de leerling. Je kunt vervolgens per categorie de resultaten in een sociomatrix en een socio- staafdiagram aflezen.
Tijdsduur per leerling: 5 minuten
Welbevinden
Dit meetinstrument gaat over het welbevinden van je leerlingen. Om de leerontwikkeling van een leerling te optimaliseren, worden alle aspecten binnen de term welbevinden in ogenschouw genomen. Om die reden beantwoorden je leerlingen in totaal 30 vragen, die over de vijf categorieën (dimensies) verspreidt zijn. Niet alle vragen zijn positief geformuleerd. Per vraag zijn er diverse antwoordmogelijkheden, waaruit een leerling het antwoord kiest dat het meest van toepassing is op die leerling. Als alle leerlingen de vragenlijst hebben ingevuld, kun je per categorie de groepsresultaten bekijken.
Tijdsduur per leerling: 15-20 minuten
Pestrollen
Dit instrument geeft je inzicht in de rolverdeling in de groep. Met behulp hiervan kunnen op interpretatieve wijze de sociale verhoudingen in de groep in kaart gebracht worden. De leerlingen beantwoorden in totaal 17 vragen, waarbij zij per vraag telkens medeleerlingen nomineren op wie de vraag het meest van toepassing is. Als alle leerlingen de vragenlijst ingevuld hebben, kun je de resultaten bekijken. De meidenrollen die worden gebruikt komen uit de methode Meidenvenijn is niet fijn!.
Tijdsduur per leerling: 15-20 minuten
Sociale vaardigheden
Met behulp van dit meetinstrument geven de leerlingen uit je groep zelf aan hoe zij hun eigen sociale vaardigheden inschatten. De leerlingen krijgen 26 vragen over sociaal vaardig gedrag en kunnen daarbij telkens uit vier antwoordmogelijkheden kiezen. Alle vragen zijn positief geformuleerd en gaan over wat een leerling wel kan. Bij een lage score zal blijken dat leerlingen sociale vaardigheden nog niet voldoende beheersen. Als alle leerlingen de vragenlijst ingevuld hebben, kunt je de groepsresultaten aflezen.
Tijdsduur per leerling: 10-15 minuten
Pesttest
Door het afnemen van de pesttest krijg je kijk op het pestgedrag in je groep. Je krijgt inzicht in de prevalentie van het pesten en het gepest worden en de houding van de leerling ten opzichte van pesten. Je leerlingen beantwoorden hiervoor 35 vragen, die zijn onderverdeelt in drie categorieën: gepest worden, pesten en een mening over pesten en gepest worden. Per vraag zijn er diverse antwoordmogelijkheden waaruit een leerling het antwoord kiest dat het meest van toepassing is op die leerling. Als alle leerlingen de vragenlijst hebben ingevuld, kunt je per categorie de resultaten bekijken.
Tijdsduur per leerling: 15-20 minuten
Hoe pas ik de meetinstrumenten toe?
Wanneer zet ik de meetinstrumenten in? Wat betekent dit voor mijn organisatie? Wat gebeurt er met de gemeten resultaten en zijn de metingen wel veilig en anoniem genoeg voor mijn groep?